Niek Bolten
Niek Bolten (Foto: Natasja Fotografeert)

‘Ik ben geen baas,

ik ben werkgever’

Een fraai en blijvend resultaat zien van je werk – hoe mooi is dat? Niek Bolten (59), directeur/eigenaar van Bouwbedrijf Bolten in Alkmaar, beleeft het met grote regelmaat. Dan rijdt hij door de regio en komt hij renovatie- en nieuwbouwprojecten tegen waar zijn handtekening onder staat. Dat hebben wij toch maar gerealiseerd, denkt hij dan vol trots. Hij is van plan om binnen afzienbare tijd samen met vrouw/zakenpartner Annalies te stoppen met werken. En ook dan wil hij tevreden achterom kunnen kijken, in de wetenschap dat er iets waardevols is neergezet, een bedrijf dat staat als een huis.

Pal voor het kantoor van Bouwbedrijf Bolten liggen drie parkeervakken waarvan alleen het middelste is bezet. De verslaggever maakt het zichzelf gemakkelijk en zet zijn auto in het rechter vak. Een kleine misvatting, maar zonder gevolgen, zo blijkt als Niek Bolten vijf minuten later komt aanrijden. “Je staat op mijn plek", meldt hij met een vriendelijke glimlach. Maar hij maakt er allerminst een probleem van en parkeert zijn auto elders.

Niek Bolten is directeur, maar niet van het autoritaire type dat zich wil laten gelden. Integendeel. Hij is de toegankelijkheid zelve en houdt de drempels laag. Tegenover argeloze journalisten, maar vooral tegenover zijn eigen medewerkers. “Ik sta tussen de mensen in en de deur van mijn kantoor staat altijd open. En ik ben geen baas, ik ben werkgever. Ik faciliteer.”

Ook in zijn beginjaren, toen zijn vader Nico en oom Ed de directie vormden, was hij gewoon een gelijke met de medewerkers. Niets meer, niets minder. Als ‘zoontje van de baas’ werd hij niet gespaard. In de zomervakantie veegde hij de vloeren aan en geleidelijk aan heeft hij zich opgewerkt. “Ik ben begonnen als calculator/werkvoorbereider, na drie, vier jaar werd ik adjunct-directeur en daarna algemeen directeur. Er werd in het bedrijf nog amper geautomatiseerd, mijn vader en oom hadden daar geen affiniteit mee, en dat heb ik toen opgezet. En in 1997, nadat ze beiden waren gestopt, ben ik tevens eigenaar geworden. Het bedrijf had al een aantal keren een crisis doorgemaakt en toen kreeg ik de verantwoordelijkheid over circa vijfenveertig man. Ik heb er wel een paar slapeloze nachten van gehad.”

De nog jonge Niek moest zijn plek echt veroveren en het respect afdwingen bij zijn medewerkers. “Dan liep ik door het bedrijf en zag dat er iets bij de fabricage niet goed ging. Dat riep ik dan ook, maar het werd niet gepikt. ‘Ik bel je vader wel’, was dan de reactie. Maar mijn vader steunde mij altijd. En gaandeweg zag het personeel dat het bedrijf ook onder mijn leiding goed liep. Dat was ook mijn doel: de continuïteit waarborgen.”

De continuïteit waarborgen. Niek Bolten doet het nog steeds. Maar wel op zijn manier, in een andere stijl dan zijn vader en opa, de oprichter van het bedrijf. “Zij zijn opgeleid als timmerman, ik als techneut. Geef mij een hamer en er gebeuren ongelukken. Ik ben meer financieel onderlegd, ben meer op projectbasis bezig, meer manager. Ik wil constant weten hoe we ervoor staan.”

Een andere stijl dan zijn voorgangers, maar ook hij heeft er succes mee. De zaken gaan goed, ook in coronatijden – misschien wel juist in coronatijden. Opvallend veel scholen kloppen nu bij hem aan voor een grote renovatie; ze lijken een inhaalslag te maken. Daarnaast investeren veel particulieren nu in het verfraaien van hun woning. Een nuttige besteding van hun spaargeld.

Dat wil nog niet zeggen dat Niek rustig achterover kan leunen, er gemakshalve van uitgaande dat de opdrachten toch wel bij hem binnenstromen. Hij hecht er waarde aan veelvuldig zijn gezicht te laten zien. En natuurlijk is hij erop gebrand kwaliteit te leveren, opdat mond-tot-mondreclame zijn werk doet.

Kwaliteit leveren is voor Niek Bolten des te belangrijker omdat hij soms moet opboksen tegen het even onjuiste als hardnekkige imago dat men van de bouwwereld heeft. Aannemers die schitteren door afwezigheid, die het niet zo nauw nemen met afspraken, die er standaard op uit zijn hun klanten te flessen. “Dat imago krijg je er niet uit,” stelt hij.

Niet dat zijn bedrijf nog iets hoeft te bewijzen, maar voor Niek Bolten is het wel zaak die kwaliteit hoog te houden. Hij prijst zich gelukkig in de wetenschap dat dat ook gebeurt. Zijn medewerkers leveren goed werk af en staan model voor de nette, betrouwbare uitstraling van Bouwbedrijf Bolten. Geen gestamp door het huis, geen geboer, geen ‘bouwvakkersdecolleté’.

De liefde moet natuurlijk wel van twee kanten komen. En dat gebeurt ook. Niek Bolten zorgt goed voor zijn medewerkers en laat zich van zijn meest ARBO-vriendelijke kant zien. “Je moet tot je zevenenzestigste jaar door, maar in dit vak begin je vaak al op je vijftiende. Vanaf dat moment wordt je lichaam dus belast. Daar houd ik rekening mee.”

Maar hij zorgt ook goed voor zichzelf. En hij schroeft zijn werkuren terug, is aan het afbouwen en heeft de woensdag al geschrapt als werkdag. Hij had bedacht om op zijn zestigste te stoppen, maar dat gaat hoogstwaarschijnlijk niet lukken. Evenmin lijkt het erop dat een vierde generatie klaar staat om het stokje over te nemen. Maar hoe dan ook wil Niek Bolten een bedrijf achtergelaten met een stevig fundament waarop verder kan worden gebouwd. “Een financieel gezond bedrijf waar de normen en waarden hoog staan.”

Over de tevredenheid binnen het bedrijf hoeft hij zich in ieder geval geen zorgen te maken. Er is weinig verloop. “En als iemand weggaat, hoor ik vaak: ‘Dit is het leukste bedrijf waar ik ooit heb gewerkt.’”