Al eeuwen vindingrijk en vastberaden
Het is bijna oktober. Op deze dag in 1573 bivakkeerden de Spanjaarden al ruim vier weken voor de stadspoorten, in een poging om Alkmaar te bezetten. De Alkmaarse burgerij en de aanwezige watergeuzen en jonkheren van Willem van Oranje wisten het beleg van de Spanjaarden na anderhalve maand te weren. En hoe.
Burgers verdedigden Alkmaar met hand en tand. Ze hielpen geweren laden en gooiden kokend water, stenen, gesmolten lood en brandende takken van de stadsmuren naar beneden. Dag in dag uit je stad beschermen, terwijl je niet wist hoelang het zou duren én of het zou slagen? Dat is vastberadenheid.
Eind september stuurde jonkheer en watergeus Jacob Cabeliau het vindingrijke verzoek naar geuzenleider Diederik Sonoy om de dijken door te steken. Het gebied rondom Alkmaar veranderde in een moeras en de Spanjaarden dropen af - letterlijk en figuurlijk. Op 8 oktober pakten de laatste soldaten hun biezen. Alkmaar was bevrijd.
Het Ontzet van Alkmaar gaf de hele natie hoop, waardoor langzaam maar zeker ook andere steden volgden met overwinningen op de Spaanse hertogen en hun leger. Het was een keerpunt in de Tachtigjarige Oorlog: bij Alkmaar begon de victorie.
Nog steeds is onze regio vindingrijk én vastberaden. Op andere manieren weliswaar: het is nu doorgaans geen kwestie van leven of dood. Desondanks valt het op dat ‘onze’ ondernemers nergens voor terugdeinzen. Ze durven nieuwe dingen te proberen, investeren in projecten waar zij in geloven en streven daadkrachtig hun missie na.
Voor deze editie van Regio Alkmaar Magazine spraken we onder andere met Henry’s Groep, Balans Schoonmaak- en Bedrijfsdiensten, damesmodemerk Norah en TdH Strategy + Creation (Team de Haas). Het zijn bedrijven die groeien, schitterende projecten opleveren en halsreikend naar de toekomst kijken.
Dankzij hun ondernemersgeest, creativiteit en doorzettingsvermogen zetten zij, en heel veel andere ondernemers die hier hun thuisbasis hebben, de regio Alkmaar op de (inter)nationale kaart. Dat we dat ook de komende eeuwen mogen blijven zien.
Robin Pusch